Tranen en gejuich terwijl Santi Giménez emotioneel afscheid neemt van Rotterdam
De lichten in De Kuip gloeiden die avond nét wat warmer dan normaal, alsof het iconische stadion in Rotterdam zelf begreep hoe bijzonder dit moment was. Het was geen gewone zomerse avond op de voetbalkalender; het was de avond waarop Feyenoord en zijn toegewijde supporters afscheid namen van een van de meest geliefde spelers die de afgelopen jaren het beroemde rood-witte shirt hebben gedragen. Santi Giménez, de Mexicaanse spits die als veelbelovende jongeling arriveerde en als clublegende vertrekt, nam emotioneel afscheid in een ceremonie die net zo goed over dankbaarheid als over afscheid ging. Een avond vol tranen, gejuich en een band tussen speler en stad die zal blijven bestaan, lang nadat het laatste applaus is verstomd.
Het afscheid volgde direct na de laatste oefenwedstrijd van de voorbereiding, een duel dat al weken in de schaduw stond van de ceremonie die erna zou komen. De fans wisten dat dit niet alleen draaide om het vertrek van een topschutter, maar om het einde van een hoofdstuk dat vreugde, triomf en nieuwe trots naar Rotterdam had gebracht. De tribunes waren ruim voor de aftrap al gevuld; supporters gehuld in sjaals met Giménez’ naam, kinderen met zelfgemaakte spandoeken, en groepen fans die zijn liedje onafgebroken zongen alsof ze het nog een laatste keer wilden vereeuwigen.
Toen het eindsignaal van de wedstrijd klonk, haastte niemand zich naar de uitgang. De stadionlichten dimden langzaam, terwijl het geluid van de tribunes overging in een verwachtingsvol geroezemoes. Een spotlight verscheen bij de spelerstunnel, waar één voor één bekende gezichten uit het verleden en heden van Feyenoord naar buiten kwamen. Teamgenoten, clubiconen, trainers en stafleden vormden een erehaag, hun applaus weerkaatsend onder het dak van De Kuip. En toen, terwijl een golf van emotie door de tribunes trok, stapte Santi Giménez het veld op.
Zijn wandeling naar de middenstip was langzaam en bedachtzaam. Zijn hoofd licht gebogen, maar met een glimlach die zijn dankbaarheid verraadde. Toen hij het midden bereikte, zwol het applaus aan tot een oorverdovend gejuich, het soort dat je borst doet trillen en je keel doet samentrekken. Sommige fans pinkten tranen weg, anderen straalden van trots. Vanuit het vak-Zuid werd een enorme tifo uitgerold — een afbeelding van Giménez in volle juichhouding, armen gespreid, met de woorden “Gracias, Santi” in trotse, dikke letters.
Met de microfoon in zijn hand wachtte Giménez even. Hij liet de stilte vallen, alsof hij elk geluid, elk gezicht wilde opnemen. “Dit voelt als mijn tweede thuis,” begon hij met een licht trillende stem. Hij keek om zich heen, alsof hij het beeld in zijn geheugen wilde branden. “Vanaf de eerste dag dat ik hier kwam, hebben jullie me ontvangen alsof ik één van jullie was. Jullie hebben mij, mijn familie en mijn dromen omarmd. Elk doelpunt dat ik maakte, maakte ik voor jullie. Elk lied, elk spandoek, elk applaus — ik draag ze voor altijd in mijn hart.”
Hij keek naar de hoofdtribune, waar zijn familie zat, en veegde zelf ook een traan weg. “Rotterdam is meer dan alleen een plek waar ik voetbal heb gespeeld. Het is waar ik als mens ben gegroeid, waar ik leerde wat het betekent om te vechten voor iets dat groter is dan jezelf. Jullie hebben mij die les gegeven. Jullie hebben mij liefde gegeven, en dat zal ik nooit vergeten.”
Het verhaal van Giménez bij Feyenoord begon in de zomer van 2022, toen hij overkwam van het Mexicaanse Cruz Azul. Destijds vroegen velen zich af of hij zich wel zou kunnen aanpassen aan het Europese voetbal en aan de hoge verwachtingen van een club als Feyenoord. Die twijfels verdwenen echter snel. In zijn eerste seizoen leidde hij de Rotterdammers naar hun eerste landstitel in zes jaar, met cruciale goals tegen rivalen en een reputatie als een van de meest koelbloedige spitsen van de Eredivisie.
Zijn tweede seizoen verstevigde alleen maar de band met het Legioen. Hij scoorde veelvuldig in de competitie en maakte indruk in Europese duels, waarin Feyenoord zich wist te meten met grote clubs. Maar het ging niet alleen om zijn doelpunten of zijn techniek — de slimme aannames, de instinctieve afrondingen, de onvermoeibare loopacties — het ging om zijn passie. Elke keer dat hij het shirt droeg, speelde hij niet alleen om te winnen, maar ook om het logo op zijn borst eer aan te doen.
Supporters herinneren zich vooral de kleine dingen: hoe hij na afloop van een wedstrijd, zelfs bij verlies, het publiek bleef toezwaaien; hoe hij lang bleef om handtekeningen uit te delen aan kinderen totdat beveiligers hem moesten vragen door te lopen; hoe hij de Nederlandse taal leerde en grappen maakte over het weer en het eten in Rotterdam.
Tijdens de ceremonie werden op het grote scherm hoogtepunten van zijn tijd bij Feyenoord getoond — die verwoestende knal tegen PSV, de beheerste afwerking op een Europese avond, de glijvlucht naar de cornervlag na een winnende goal. Elk fragment werd begeleid door luid gejuich, elk doelpunt een herinnering aan de mooie momenten die hij achterlaat.
Robin van Persie, tegenwoordig trainer van Feyenoord en iemand die Giménez vaak bedankte voor zijn hulp in zijn ontwikkeling, pakte ook de microfoon. “In het voetbal komen en gaan spelers,” zei Van Persie. “Maar sommigen laten een stempel achter dat nooit vervaagt. Santi, jij hebt niet alleen doelpunten gemaakt voor Feyenoord — je hebt ons momenten, emoties en trots gegeven. Je kwam hier met ambitie, en je vertrekt hier als familie.”
Teamgenoten sloten zich daarbij aan. Sommigen, zoals aanvoerder Orkun Kökçü, moesten zichtbaar moeite doen hun tranen te bedwingen. Anderen maakten luchtige grappen, herinnerend aan kleedkamerhumor en gedeelde herinneringen. Het was een mix van lach en traan, zoals bij elk echt afscheid.
Na de toespraken ging het publiek nog één keer massaal staan. Giménez kreeg een ingelijste herinneringsshirt — nummer 29, zijn naam in grote letters, en daaronder de woorden “Forever Feyenoord”. De spits hief het boven zijn hoofd, het stadion brulde, en vuurwerk kleurde de lucht boven De Kuip.
In plaats van direct naar de kleedkamer te gaan, begon Giménez aan een langzaam ererondje, waarbij hij bij elk vak stopte om te zwaaien en handen te schudden. Halverwege trok hij zijn shirt uit en gaf het aan een huilende jonge supporter — een gebaar dat opnieuw een golf van emotie door het stadion liet gaan.
Zijn laatste halte was vak-Zuid, de plek van het meest fanatieke Legioen. Met beide armen omhoog gebaarde hij “Ik hou van jullie”, waarna hij zich omdraaide en de tranen de vrije loop liet. Terwijl hij in de tunnel verdween, bleven de supporters zijn naam zingen, alsof ze hem nog even bij zich wilden houden.
Giménez vertrekt nu naar een Europese topclub, waar nieuwe uitdagingen wachten. Maar in Rotterdam is zijn nalatenschap al zeker. Hij laat niet alleen doelpunten en prijzen achter, maar ook een geestdrift die nog jaren zal worden herinnerd — een speler die van ver kwam en een stad tot de zijne maakte.
In zijn slotwoorden aan de fans vatte hij het zelf perfect samen: “Ik ga weg, maar een deel van mij blijft hier. In dit stadion, in deze straten, in de harten van de mensen die in mij geloofden. Dit zal altijd mijn thuis blijven. Mijn tweede thuis.”
En toen de straten rond De Kuip leegstroomden en de gezangen langzaam verstomden, was er geen twijfel: voor Rotterdam zal Santi Giménez altijd meer zijn dan een speler. Hij zal een herinnering blijven, een verhaal, en een symbool van wat het betekent om het Feyenoord-shirt met trots te dragen.