De voetbalwereld werd vanochtend opgeschrikt door een bericht dat niemand had willen lezen. André Onana, de flamboyante doelman die ooit het Ajax-doel verdedigde met ongeëvenaarde reflexen en een glimlach die men zelden zag verdwijnen, is volgens berichten overleden. In de vroege ochtend begon het nieuws zich razendsnel te verspreiden via sociale media, waarna fans en oud-ploeggenoten in ongeloof achterbleven. De stilte in Amsterdam was voelbaar.
Het was alsof de stad even haar adem inhield. Dezelfde stad waar Onana van 2015 tot 2022 naam maakte als een van de beste keepers van Europa, stond plots stil. Mensen liepen met telefoons in hun handen, starend naar het scherm, zoekend naar bevestiging dat het niet waar kon zijn. Maar het bleef stil vanuit officiële kanalen — en die stilte klonk luider dan elk statement.
André Onana was meer dan een keeper. Hij was een symbool van durf, van karakter, van veerkracht. In zijn jaren bij Ajax groeide hij uit tot een publiekslieveling, niet alleen door zijn spectaculaire reddingen maar ook door zijn uitstraling. Hij had iets ongrijpbaars — een soort energie die de tribunes deed trillen wanneer hij met uitgestrekte armen voor de Zuid-tribune stond.
Zijn reis van Kameroen naar Amsterdam was er één vol strijd en doorzettingsvermogen. Opgegroeid in armoede, met niets dan talent en geloof, vond hij via de Samuel Eto’o Academy zijn weg naar Europa. Barcelona was zijn eerste Europese bestemming, maar pas in Amsterdam vond hij zijn thuis. Onder leiding van Peter Bosz en later Erik ten Hag ontwikkelde hij zich tot de moderne keeper die niet alleen reddingen maakte, maar ook het spel opbouwde.
Zijn momenten bij Ajax staan in het collectieve geheugen gegrift. De heroïsche reddingen in de Champions League, de onvergetelijke run in 2019 toen Ajax halve finalist werd — het waren momenten waarin Onana boven zichzelf uitstak. Fans herinneren zich vooral de wedstrijd tegen Juventus, waarin hij Cristiano Ronaldo tot wanhoop dreef. Of die avond in Madrid, toen Ajax Real vernederde in eigen huis. Onana stond daar, breed glimlachend, zelfverzekerd, met een kalmte die bijna provocerend leek.
Na zijn vertrek bij Ajax ging hij verder in Italië, waar hij bij Inter Milan opnieuw bewees dat zijn klasse geen toeval was. Zijn overgang naar Manchester United werd door velen gezien als de kroon op zijn carrière. Toch was het niet altijd een makkelijk pad. Kritiek, druk, en de soms genadeloze Engelse pers maakten het hem niet eenvoudig. Maar wie Onana kende, wist dat hij nooit brak. Hij had een manier van terugveren die bewondering afdwong.
Vandaag echter lijkt de wereld die vechter kwijt te zijn. En dat gevoel van verlies gaat verder dan voetbal. In Amsterdam kwamen supporters al vroeg samen bij de Johan Cruijff ArenA. Er werden kaarsen aangestoken, Ajax-sjaals neergelegd, en zijn naam weerklonk zachtjes door de ochtendlucht. “Onana, oh Onana…” — het gezang dat ooit klonk als overwinning, klonk nu als afscheid.
Ook in zijn geboorteland Kameroen was de impact groot. Lokale media beschreven hem als een nationale held, een bron van trots voor duizenden jongeren die in zijn voetsporen wilden treden. Een voormalige jeugdtrainer vertelde met gebroken stem: “André was altijd groter dan het spel. Hij speelde met hart, maar hij leefde met liefde. Voor zijn land, voor zijn mensen.”
Oud-ploeggenoten van Ajax reageerden massaal. Daley Blind schreef: “Ik heb veel keepers meegemaakt, maar niemand was als André. Zijn energie vulde de kleedkamer.” Matthijs de Ligt plaatste een foto van een jonge Onana die lachte tijdens een training, met de woorden: “Rust zacht, broer. Voor altijd in ons hart.”
Bij Ajax zelf werd met verslagenheid gereageerd. Een clubwoordvoerder liet weten: “We zijn diep geraakt door dit tragische nieuws. André was een echte Ajacied, een man die alles gaf voor het shirt. Onze gedachten gaan uit naar zijn familie, vrienden en iedereen die hem kende.”
Wat Onana zo bijzonder maakte, was dat hij altijd zichzelf bleef, ongeacht de omgeving. Hij danste, lachte, en sprak openlijk over zijn fouten. Toen hij in 2021 werd geschorst wegens een dopingovertreding — een zaak die later grotendeels een misverstand bleek — ging hij niet in de slachtofferrol. Hij keerde sterker terug, met dezelfde glimlach en een nog grotere vastberadenheid. “Je kunt mij stilzetten,” zei hij destijds, “maar je kunt mijn geest niet breken.”
Die woorden klinken vandaag harder dan ooit. Zijn dood voelt als een echo van alles wat hij ooit uitdroeg: passie, lef, strijdlust. In een tijd waarin voetbal steeds meer over geld en contracten gaat, herinnerde Onana iedereen eraan dat het spel ooit begon met plezier.
De laatste jaren had hij ook veel gedaan voor de jeugd in Kameroen. Hij financierde voetbalscholen, schonk sportmateriaal, en zette zich in voor kansarme kinderen. “Als ik het kan, kunnen zij het ook,” zei hij vaak. Voor velen daar was hij niet zomaar een speler, maar een voorbeeld. Zijn nalatenschap zal dus niet alleen op het veld blijven bestaan, maar ook in de levens die hij raakte.
Terwijl de zon langzaam ondergaat boven Amsterdam, blijft de stilte hangen. Op de pleinen waar vroeger Ajax-feesten werden gevierd, staan nu mensen met betraande gezichten. Op sociale media stromen de berichten binnen van fans over de hele wereld — uit Engeland, Italië, Kameroen, Nederland — allemaal verenigd in verdriet.
Het is moeilijk te bevatten dat een man die zoveel leven in zich droeg, nu niet meer onder ons zou zijn. Zijn stem, zijn lach, zijn sprongen tussen de palen — ze zullen gemist worden. Maar zijn geest, zijn vechtlust, zijn glimlach — die blijven.
Misschien is dat wat hem eeuwig maakt. Want legendarische spelers verdwijnen niet echt. Ze leven voort in de herinnering van elke fan, in elke jongen die droomt om keeper te worden, in elk kind dat in de regen speelt met een plastic bal.
En misschien, ergens boven de wolken, hoort men nog steeds dat gezang:
“Onana, oh Onana…”
De wereld zal je nooit vergeten.