‘Een Genegeerde Goudmijn’ – Voormalig Coach Bekritiseert Ajax om Gemiste Kans op Nederlandse Doelman
In een transferzomer die al werd gekenmerkt door gemengde beoordelingen, voorzichtige hoop en stille frustratie, krijgt Ajax nu te maken met een onverwachte golf van kritiek van een van de meest gerespecteerde coaches van eigen bodem. Het is niet de eerste keer dat het aankoopbeleid van de Amsterdamse club onder de loep wordt genomen, maar zelden lag de nadruk zo fel op één specifieke positie — en, nog specifieker, op één speler.
De zomerse transfermarkt was een wervelwind in heel Europa, waarbij Ajax de dubbele uitdaging had om interesse in hun grootste talenten af te slaan en tegelijkertijd gaten te vullen in een selectie die soms pijnlijk uit balans leek. Te midden van de geruchten en geruchtmakende transfers leek echter één overduidelijke kans te zijn gemist. En volgens Marco van Duin was dat een fout die de club duur kan komen te staan.
Van Duin, een ervaren Nederlandse coach met een scherp oog voor keepers, noemde Ajax’ besluit om een bepaalde 21-jarige doelman niet binnen te halen “vreemd” — een woord dat in het vaak ingetogen Nederlandse voetbaljargon ergens tussen verbazing en regelrechte ongeloof ligt. Het is geen kritiek die gemakkelijk kan worden weggewuifd met de gebruikelijke verklaringen over budgetten of tactische overwegingen. Voor Van Duin ging het hier niet om zomaar een beschikbare speler. Dit was, in zijn woorden, “een goudmijn” die in het volle zicht lag.
De doelman in kwestie had zich de afgelopen seizoenen in de Eredivisie ontwikkeld bij NEC Nijmegen, waar zijn prestaties steeds meer indruk maakten. Met een imposante fysieke verschijning die het strafschopgebied al vult voordat de bal is geraakt, combineerde hij pure atletiek met een rust die zelden voorkomt bij iemand van zijn leeftijd. Keer op keer stopte hij ballen die zowel fysica als logica tartten. In grote wedstrijden bloeide hij juist op onder de druk.
Volgens Van Duin zijn zulke eigenschappen zeldzaam. “Je vindt die combinatie van lef en controle niet zomaar bij een 21-jarige,” zei hij recent. “Dat heb je of dat heb je niet — en hij heeft het in overvloed.” Juist daarom vond hij dat Ajax deze zomer “alles op alles” had moeten zetten om hem te contracteren.
Strategisch gezien is het argument sterk. De keeperspositie bij Ajax is de afgelopen jaren vaak ingevuld door korte termijnoplossingen. Goede krachten, zeker, maar niemand die als de onbetwiste nummer één voor de komende tien jaar werd gezien. Het clubbeleid om vanuit de jeugd door te laten stromen is prijzenswaardig, maar de stap van een talentvolle jeugdkeeper naar Champions League-niveau is bijzonder groot. Deze zomer bood de kans om dat gat te dichten met een aankoop die direct kon meedingen om een basisplaats én op lange termijn kon groeien.
Toch lag de focus van de clubleiding elders. Er werd gescout in Zuid-Amerika naar aanvallend talent, er liepen onderhandelingen voor versterkingen op het middenveld en de verdediging, maar rond de keeperspositie bleef het stil. Té stil, volgens Van Duin en anderen die de ontwikkeling van deze speler volgden.
Zijn situatie bij NEC was geen geheim, evenmin als de toenemende buitenlandse interesse. Zijn contract en prestaties hadden al de aandacht van scouts buiten Nederland getrokken en het was duidelijk dat een transfer eraan zat te komen. Van Duin bekritiseert niet dat Ajax hem niet kon wegkapen bij Barcelona of Bayern München, maar dat ze een haalbare, binnenlandse topkans zomaar lieten liggen.
De transfer verliep uiteindelijk snel, maar niet naar Amsterdam. De doelman vertrok naar het Engelse Sunderland, een club met ambities die hun Championship-status ver overstijgen. De transfersom van £11,5 miljoen viel op — een fors bedrag voor een club uit het tweede niveau in Engeland, maar ruim binnen het bereik van Ajax, zeker gezien de recente verkoopopbrengsten.
Sunderland aarzelde niet. Ze wachtten niet tot de prijs zou dalen en verloren zich niet in lange onderhandelingen. Ze identificeerden hun doelwit, boden direct, en rondde de deal in enkele dagen af. Kort daarna stond de jonge Nederlander in het noordoosten van Engeland op het trainingsveld, klaar om de concurrentiestrijd aan te gaan met Anthony Patterson.
De eerste indrukken zijn veelbelovend. In de voorbereiding toonde hij snelle reflexen, autoriteit in zijn strafschopgebied en zelfverzekerde passing — kwaliteiten die in het moderne voetbal bijna net zo belangrijk zijn als reddingen zelf. Sunderland-fans zien hem al niet alleen als concurrent, maar als potentiële sleutelspeler in hun promotiestrijd.
Voor Ajax is het nu een “wat als”-scenario. De vraag is of dat onschuldig zal blijven, of dat het een pijnlijk gemis wordt. In de afgelopen jaren is de club er vaker van beschuldigd te reactief te handelen op de transfermarkt, oplossingen zoekend nadat de problemen zich al voordoen. Als er komend seizoen onzekerheid of wisselvalligheid op de keeperpositie ontstaat, zullen Van Duins woorden extra gewicht krijgen.
Hij benadrukt dat zijn kritiek niet gericht is tegen de huidige Ajax-doelmannen. Het punt is dat concurrentie het niveau omhoog stuwt, en dat Ajax nu de kans heeft laten liggen om iemand binnen te halen die dat vanaf dag één had kunnen doen. “Als je zo’n talent ziet,” zei Van Duin, “denk je niet aan de komende maand of zes maanden. Je denkt aan de komende tien jaar. Daar was Ajax vroeger heel goed in.”
Het herinnert aan de clubgeschiedenis. Ajax bouwde zijn reputatie niet alleen op eigen jeugdspelers, maar ook op het binnenhalen van jonge talenten van buitenaf die perfect pasten bij de clubfilosofie en zich konden ontwikkelen tot wereldtoppers. Zo kwamen Zlatan Ibrahimović, Christian Eriksen en Luis Suárez op jonge leeftijd naar Amsterdam — om later voor hoge bedragen te vertrekken na jaren van succes. Voor Van Duin paste deze doelman precies in dat plaatje.
Nu zal het Nederlandse publiek zijn ontwikkeling volgen via Engelse Championship-samenvattingen, in plaats van live in de Johan Cruijff ArenA. Als Sunderland’s investering rendeert en zijn ontwikkeling doorzet, kan de transfersom ooit belachelijk laag lijken. En als hij de Premier League of hoger bereikt vóór Ajax een langdurige oplossing heeft gevonden, zal het gemis des te scherper voelen.
Het meest veelzeggende aan Van Duins analyse is niet alleen de lof voor zijn reddingen of leiderschap, maar dat ene woord: “goudmijn.” In het voetbal gaat een goudmijn niet alleen over directe impact, maar over duurzame waarde — sportief op het veld, financieel daarbuiten. Ajax stond er ooit om bekend die waarde eerder dan anderen te zien en te benutten. Het feit dat Van Duin vindt dat dit nu niet is gebeurd, is niet alleen kritiek, maar ook een waarschuwing.
En zo blijft de discussie voortduren. In Amsterdam heerst nog steeds optimisme over het nieuwe seizoen, maar nu met een vleugje zelfreflectie. In Sunderland bereidt een jonge doelman zich voor op de grootste uitdaging uit zijn carrière, ver weg van de Johan Cruijff ArenA, maar misschien met het stille doel om elke redding te laten zien wat Ajax heeft gemist.
De speler in het middelpunt van dit alles? Robin Roefs — de 21-jarige Nederlander die zomaar eens de man kan blijken te zijn die Ajax liet ontsnappen.