Rotterdam kent veel voetbalhelden, maar weinig namen roepen zoveel respect en ontzag op als Willem van Hanegem. Voor Feyenoord-supporters is hij niet alleen een icoon uit het verleden, maar ook een levend bewijs dat echte klasse nooit vervaagt. Meer dan een halve eeuw na de legendarische Europacupwinst van 1970 blijft “De Kromme”, zoals hij liefkozend wordt genoemd, een bron van inspiratie voor nieuwe generaties. Zijn aanwezigheid in het Nederlandse voetbal voelt nog altijd tastbaar, alsof de tijd hem niet heeft kunnen breken.
Wie Van Hanegem vandaag ontmoet, ziet een man die de tachtig is gepasseerd maar nog steeds dezelfde onverzettelijke blik in zijn ogen draagt als toen hij de Kuip in zijn gloriejaren liet juichen. Zijn loopbaan als speler leest als een hoofdstuk uit een avontuurlijk boek. Geboren in Utrecht in 1944, groeide hij op in een tijd waarin voetbal geen luxe was, maar een ontsnapping aan de harde werkelijkheid. Zijn jeugd werd getekend door de oorlog, een periode die hem een vechtersmentaliteit gaf die later op het veld onmiskenbaar zichtbaar zou worden.
Van Hanegem begon zijn carrière bescheiden bij Velox, een club die inmiddels niet meer bestaat, maar zijn talent viel al snel op. Via Xerxes kwam hij in 1968 terecht bij Feyenoord, een overstap die de geschiedenis van de Rotterdamse club voorgoed zou veranderen. Met zijn ongekende spelinzicht, magistrale passes en messcherpe vrije trappen groeide hij in korte tijd uit tot de onbetwiste leider van het elftal. Hij was geen spits die met doelpunten de krantenkoppen haalde, maar een middenvelder die het spel dicteerde, het tempo bepaalde en tegenstanders met één geniale bal het nakijken gaf.
Het absolute hoogtepunt volgde in 1970, toen Feyenoord als eerste Nederlandse club de Europacup I, de voorloper van de Champions League, wist te winnen. In een bloedstollende finale in Milaan werd het Schotse Celtic met 2-1 verslagen. Van Hanegem was die avond de architect van het Rotterdamse meesterwerk. Zijn passes braken het verdedigingsblok van de Schotten keer op keer open en zijn rust onder druk gaf het team het vertrouwen dat nodig was om geschiedenis te schrijven. Tot op de dag van vandaag spreken supporters over die magische wedstrijd alsof het gisteren was, en de naam Willem van Hanegem klinkt daarbij altijd als eerste.
Maar Van Hanegem was meer dan een speler die slechts één wedstrijd kleur gaf. Na de Europese triomf leidde hij Feyenoord naar meerdere landstitels en bekers, en hij droeg hetzelfde leiderschap mee naar het Nederlands elftal. In 1974 maakte hij deel uit van het Oranje dat in West-Duitsland de wereld verbaasde met “Totaalvoetbal”. Hoewel Nederland de finale verloor van het gastland, werd Van Hanegem geroemd om zijn spelintelligentie en zijn vermogen om zelfs de meest onvoorspelbare situaties onder controle te houden.
Na zijn spelerscarrière bleef Van Hanegem onlosmakelijk verbonden met het voetbal. Hij werd trainer, analist en columnist, en overal waar hij zijn mening gaf, werd geluisterd. Zijn analyses zijn vaak scherp, soms onverbiddelijk, maar altijd doordrenkt van liefde voor het spel. Hij schuwt geen kritiek op bestuurders of spelers die volgens hem de essentie van voetbal uit het oog verliezen. Zijn woorden dragen gewicht omdat ze komen van iemand die alles heeft meegemaakt, van Europese glorie tot de bittere teleurstellingen die het spel ook kent.
Wat Van Hanegem onderscheidt van veel andere oud-spelers is zijn vermogen om relevant te blijven. Terwijl andere legendes langzaam verdwijnen in de coulissen van het voetbal, blijft hij een vaste waarde in discussies over tactiek, talentontwikkeling en clubcultuur. Jongere spelers, zelfs die Feyenoord nooit live hebben zien spelen in zijn tijd, spreken met ontzag over zijn nalatenschap. Voor hen is hij niet alleen een naam in de geschiedenisboeken, maar een levende herinnering aan wat het betekent om met hart en ziel voor een club te spelen.
Zijn relatie met Feyenoord blijft bijzonder. Van Hanegem is geen man van holle woorden, maar zijn liefde voor de club is zichtbaar in alles wat hij doet. Hij bezoekt regelmatig De Kuip, volgt trainingen, en geeft advies aan spelers en trainers wanneer daarom wordt gevraagd. De huidige generatie weet dat achter de vriendelijke lach een man schuilgaat die altijd de hoogste eisen stelt aan inzet en passie. Voor Van Hanegem is voetbal nooit alleen een spel geweest; het is een manier van leven, een cultuur die je koestert en doorgeeft.
Op zijn leeftijd had hij zich gemakkelijk kunnen terugtrekken in de luwte, maar Van Hanegem blijft actief in de media. Zijn columns in landelijke kranten worden gretig gelezen, niet alleen door Feyenoord-supporters maar door voetbalfans in het hele land. Hij schrijft met een mengeling van nuchterheid en poëzie, waarbij hij complexe tactische analyses moeiteloos combineert met anekdotes uit zijn eigen carrière. Het maakt zijn stukken herkenbaar en toegankelijk, zelfs voor lezers die het voetbal alleen zijdelings volgen.
De man die ooit met elegante passes stadions stil kreeg, weet ook vandaag nog hoe hij een publiek moet boeien. Zijn levensverhaal is er een van doorzettingsvermogen, genialiteit en een onverwoestbare band met Rotterdam. Van Hanegem heeft nooit geprobeerd zichzelf als heilige neer te zetten; hij spreekt openlijk over fouten, over momenten van twijfel en over de offers die het topvoetbal eist. Juist die eerlijkheid maakt hem zo geliefd. Supporters herkennen in hem iemand die altijd trouw is gebleven aan zijn principes, ook wanneer dat moeilijk was.
Terwijl Feyenoord nieuwe successen nastreeft in de Eredivisie en Europa, blijft Van Hanegem een kompas voor de club. Zijn woorden herinneren spelers en supporters eraan waar het echt om draait: inzet, teamgeest en het besef dat je een groter verhaal dient dan je eigen carrière. Het is die boodschap die zijn nalatenschap verzekert van een plaats in de harten van Rotterdammers en voetballiefhebbers ver daarbuiten.
Wanneer men vandaag de dag over de Coolsingel wandelt, is het niet moeilijk voor te stellen hoe het voelde toen Van Hanegem in 1970 samen met zijn teamgenoten de Europacup omhooghield. De stad ademde trots, en die trots leeft nog steeds voort in de verhalen die van generatie op generatie worden doorgegeven. Kinderen die hun grootouders horen praten over “De Kromme” krijgen een glimp van een tijd waarin Feyenoord de wereld verbaasde en Rotterdam het centrum van het Europese voetbal was.
Willem van Hanegem is meer dan een voormalige speler of een scherpe analist. Hij is een symbool van een tijdperk en een herinnering dat ware grootsheid niet verdwijnt met de laatste fluitslag. Terwijl hij zijn tachtigste levensjaar omarmt, blijft hij een levende legende, iemand die het verleden eer aandoet en tegelijk de toekomst blijft beïnvloeden. Voor Feyenoord is hij niet alleen een hoofdstuk uit de clubgeschiedenis, maar een voortdurende inspiratiebron voor alles wat nog komen gaat.
In een wereld waar voetbal steeds meer wordt gedomineerd door geld en oppervlakkige sterren, staat Van Hanegem als een baken van authenticiteit. Zijn nalatenschap is niet te koop, zijn invloed niet te meten in cijfers. Het leeft voort in de passie van supporters, in de dromen van jonge spelers en in de trotse echo’s van De Kuip. Wie Willem van Hanegem zegt, zegt Feyenoord. En wie Feyenoord zegt, voelt onvermijdelijk de geest van de man die ooit het onmogelijke mogelijk maakte.